|
* Welkom bij het onderzoek van de Arbeidsinspectie rondom de psychische belasting in de GGZ.
Met behulp van dit onderzoek brengt de Arbeidsinspectie de werkdruk en de blootstelling aan ongewenste omgangsvormen van werknemers die werkzaam zijn in de geestelijke gezondheidszorg in Nederland in kaart.
Met uw antwoorden en de antwoorden van uw collega's wordt tevens de werkdruk van u en uw collega's van de instelling waar u werkzaam bent gemeten. Mede op basis daarvan wordt beoordeeld of uw werkgever de juiste en voldoende maatregelen treft om werkdruk en ongewenste omgangsvormen te voorkomen dan wel te beperken.
Vooraf is het belangrijk om te weten dat uw gegevens vertrouwelijk worden behandeld.
Wees eerlijk naar uzelf toe en werk zorgvuldig. Het invullen van de vragen duurt ongeveer 10-15 minuten.
De Arbeidsinspectie bedankt u alvast voor uw tijd en uw deelname.
U start en vervolgt het onderzoek door steeds op de knop Continue te klikken
|
| |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
| |
| * In welke instelling bent u werkzaam? | | | | * Wat is de naam van uw afdeling? | | | | * Wat is uw functie? | | |
|
|
|
|
|
* Toelichting
Het eerste deel van deze vragenlijst richt zich op uw werkdruk. Daartoe wordt nagegaan of u de afgelopen 6 maanden bepaalde stressverschijnselen in of door het werk heeft ervaren, hoe vaak deze verschijnselen voorkomen en waardoor het verschijnsel wordt veroorzaakt.
De verschijnselen hebben allemaal een negatieve connotatie en zijn globaal in te delen in drie categorieën; negatieve emoties, vermoeidheid en het niet meer beheersen van de gedachten. Voorbeelden hiervan zijn irritatie, uitputting en piekeren. In totaal worden u 24 verschillende verschijnselen voorgelegd.
Het beantwoorden van de vragen die betrekking hebben op de oorzaak van een stressverschijnsel kunt u vergemakkelijken door eerst voor uzelf na te gaan waardoor het verschijnsel wordt veroorzaakt en pas daarna de bijbehorende antwoordmogelijkheden aan te klikken. Eventueel kunt u gebruik maken van een open antwoordcategorie. Het verzoek is om daar spaarzaam gebruik van te maken.
Gelet op het aantal mogelijke oorzaken is het belangrijk om deze toelichting in zijn geheel even rustig door te nemen. Onder help kunt u bij de meeste vragen een toelichting zoals deze oproepen.
Bepaalde taken en klussen in het werk
Het gaat hierbij om de inhoud van uw functie, met andere woorden de klussen en de taken die u in uw functie uitvoert.
Contacten met collega’s en/of leidinggevende(n)
Met contacten met collega's en/of leidinggevende(n) wordt verstaan de interactie met collega’s en leidinggevende(n), de contacten die u heeft met alle mensen die in de instelling werkzaam zijn.
Contacten met derden (patiënten en/of bezoekers)
Met contacten met derden wordt verstaan de interactie met klanten, patiënten en hun familie. Het gaat om alle contacten die u heeft met mensen die niet bij uw werkgever werkzaam zijn.
Ingrijpende en/of schokkende gebeurtenissen
U moet hierbij denken aan schokkende gebeurtenissen zoals confrontatie met en poging tot suïcide en automutilatie.
Verdriet en teleurstelling van anderen
Onder verdriet en teleurstelling van anderen wordt verstaan de ellende van andere personen.
Ongewenste omgangsvormen (zoals agressie en geweld)
Onder ongewenste omgangsvormen wordt verstaan onheus gedrag, agressie & geweld, pesten op het werk en seksuele intimidatie.
De hoeveelheid werk
De hoeveelheid werk heeft betrekking op het werkaanbod. Aspecten die hierbij een rol spelen is de aanwezigheid van pieken en dalen in het werk, of er wel of geen verstoringen in het werk zijn, eventuele spoedklussen, verdeling van taken en wel of geen achterstanden in de planning.
De zwaarte van het werk
De (mentale) zwaarte van het werk wordt omschreven als het voortdurend op de tenen moeten lopen. Steeds moeten blijven opletten.
Het vereiste werktempo
Het werktempo heeft betrekking op de snelheid van werken in mentale zin. Aspecten die hierbij een rol spelen zijn: rennen en stilstaan, snelheid van handelen en voortdurend de aandacht bij uw werk moeten houden om het werk op tijd af te kunnen hebben.
Het werken op afwijkende werktijden (zoals ’s avonds of weekends)
Onder afwijkende werktijden wordt verstaan het werken in ploegendienst, ‘s avonds, ‘s nachts of in het weekend.
Problemen rondom pauze of snipperdagen (verlof)
Onder pauze wordt verstaan de rustmomenten die tijdens de werkdag zijn ingepland en met snipperdagen de dagen waarop u vrij kunt nemen.
Het overwerk
Overwerk wordt omschreven als het werken van meer uren dan volgens uw individuele arbeidsovereenkomst is afgesproken. Bent u een parttimer met een arbeidscontract van 24 uur per week maar u werkt soms een extra dag, dan is er ook sprake van overwerk.
|
| |
|
|
|
|
* fv01. Ik raak in of door het werk geirriteerd Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o01. Mijn irritatie wordt vooral veroorzaakt door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv02. Ik ben in of door het werk vergeetachtig Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o02. Mijn vergeetachtigheid wordt vooral veroorzaakt door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv03. Ik verveel me op het werk Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o03. Ik verveel me vooral door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv04. Ik pieker over het werk Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o04. Mijn gepieker wordt vooral veroorzaakt door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv05. Ik voel me in of door het werk geestelijk op Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o05. Ik raak vooral geestelijk op door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv06. Ik voel me in of door het werk lusteloos Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o06. Mijn lusteloosheid wordt vooral veroorzaak door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv07. Ik kan het werk moeilijk van me afzetten Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o07. Ik kan het werk vooral moeilijk van me afzetten door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv08. Ik ben in of door het werk emotioneel Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o08. Ik word vooral emotioneel door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv09. Ik heb in of door het werk gevoelens van angst Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o09. Ik word vooral angstig door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv10. Ik heb in of door het werk concentratieproblemen Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o10. Mijn concentratieproblemen worden vooral veroorzaak door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv11. Ik heb geen zin meer in het werk Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o11. Ik heb vooral geen zin meer in het werk door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv12. Ik ben over mijn werk cynisch Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o12. Mijn cynisme wordt vooral veroorzaakt door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv13. Ik heb door het werk slaapklachten Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o13. Mijn slaapklachten worden vooral veroorzaakt door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv14. Ik voel me in of door het werk onzeker Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o14. Mijn onzekerheid wordt vooral veroorzaakt door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv15. Ik voel me in of door het werk gespannen Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o15. Mijn gespannenheid wordt vooral veroorzaakt door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv16. Ik blijf me na het werk zorgen maken over het werk Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o16. Ik blijf me na het werk vooral zorgen maken over:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv17. Ik heb in of door het werk gevoelens van vijandigheid Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o17. Mijn gevoelens van vijandigheid worden vooral veroorzaakt door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv18. Ik ben ontevreden over het werk Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o18. Mijn ontevredenheid wordt vooral veroorzaakt door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv19. Ik ben na het werk echt op Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o19. Dat ik na het werk echt op ben wordt vooral veroorzaakt door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv20. Ik voel me in of door het werk somber Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o20. Ik voel me vooral somber door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv21. Ik ben na het werk uitgeput Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o21. Ik raak vooral uitgeput door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv22. Ik lig door problemen op het werk 's nachts wakker Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o22. Ik lig 's nachts vooral wakker door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv23. Ik kom na het werk moeilijk tot rust Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o23. Ik kom vooral moeilijk tot rust door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
|
* fv24. Ik baal van mijn werk Help
|
| |
|
|
|
|
|
* o24. Dat ik van mijn werk baal wordt vooral veroorzaak door:
(Meerdere antwoorden zijn mogelijk.)
Help
|
| |
|
|
|
|
|
ONGEWENSTE OMGANGSVORMEN
De volgende vragen hebben betrekking op ongewenste omgangsvormen. Bij deze vragen gaat het specifiek om pesten, agressie en geweld en of u geconfronteerd wordt met seksuele intimidatie.
A1a. Kunt u aangeven hoe vaak u de afgelopen twee jaar persoonlijk te maken hebt gehad met de volgende ongewenste omgangsvormen:.
|
|
|
|
|
|
|
| * A2. Hebt u voorlichting ontvangen in de vorm van een instructie of training op het gebied van ongewenste omgangsvormen? |
| |
|
|
|
|
|
| * A2a. Zat in de voorlichting of instructie / training ook het onderdeel 'hoe om te gaan' met ongewenste omgangsvormen? |
| |
|
|
|
|
|
| * A2b. Zijn tijdens de voorlichting of instructie / training ook de mogelijke persoonlijke gevolgen van ongewenste omgangsvormen aan de orde gekomen? |
| |
|
|
|
|
|
| * A2c. Hoe lang is het geleden dat u de laatste instructie of training heeft gevolgd rondom ongewenste omgangsvormen? |
| |
|
|
|
|
|
| * A3. Wanneer een incident op het gebied van ongewenste omgangsvormen door u zelf niet meer te beheersen is, kunt u dan terugvallen op een collega of een leidinggevende? |
| |
|
|
|
|
|
| * A4. Meldt u elk incident op het gebied van ongewenste omgangsvormen mondeling of schriftelijk aan uw leidinggevende? |
| |
|
|
|
|
|
| * A5. De oorzaken van ongewenste omgangsvormen waarmee u te maken heeft gehad en die door u zijn gemeld bij de leiding worden .........? |
| |
|
|
|
|
|
| * A6. Weet u bij wie u terecht kunt voor opvang en nazorg wanneer u te maken heeft gehad met ongewenste omgangsvormen? |
| |
|
|
|
|
|
| * A6a. Bij wie kunt u binnen uw bedrijf terecht voor opvang en nazorg als u te maken heeft gehad met ongewenste omgangsvormen? |
| |
|
|
|
|
|
|
| * A7. Zijn er afspraken gemaakt over de opvang en nazorg met betrekking tot ongewenste omgangsvormen? |
| |
|
|
|
|
|
|
|
|
| |
| V1 Hoeveel kalenderdagen bent u de afgelopen 6 maanden ziek geweest? help
| | | | V2 Hoe vaak bent u de afgelopen 6 maanden ziek geweest? | | |
|
|
|
|
Loading...
